Niet alle diamant van de droogboor mag in één keer de tegel raken. Zet de boor dus niet vlak op de tegel, maar houd de boor iets schuin, zet hem vervolgens haaks op de muur en als er een complete cirkel ontstaan is, maak dan een pendelende/schommelende beweging. Hierdoor is steeds maar een gedeelte van de boor in aanraking met de tegel. Dit voorkomt het verbranden van de boor.
Bij het boren met natboren is pendelen niet aangewezen, maar daarbij is het wel van belang dat de boor af en toe teruggehaald wordt, waardoor het koelwater regelmatig bij het booroppervlak komt. Zo blijft de boor koel en stikt niet in zijn eigen slib.